Een septiemakkoord is een akkoord waaraan een 'zevende' noot is toegevoegd; de zevende noot van de toonladder wel te verstaan. Septiemakkoorden bestaan zodoende altijd uit minstens vier noten.
Er zijn verschillende soorten septiemakkoorden waarvan het dominant-septiemakkoord verreweg de meestvoorkomende is.
Om van een C-akkoord een C7-akkoord te maken voeg je de (verlaagde) 7e noot van de toonladder van C toe :
C |
D |
E |
F |
G |
A |
B |
C |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
Het resultaat wordt dus C-E-G-Bb. Dat akkoord geeft spanning en roept een sterke vraag naar het F-akkoord op: de Bb wil naar de A en de E naar de F ("halve tonen trekken")
Als je in plaats van de verlaagde 7e noot de niet-verlaagde zou gebruiken dan krijg je een groot-septiem of majeur-septiemakkoord met een volstrekt andere functie.
Zie theorie voor meer informatie over akkoordgebruik.